Hypermobiele gewrichten kunnen nog wel eens voor gewrichtsklachten en problemen zorgen. Weet jij of je hypermobiel bent?! Je kan aan de hand van 9 simpele testen je hypermobiliteit testen!
Wanneer we het hebben over de beweeglijkheid van een gewricht wordt er vaak gesproken over de termen “mobiliteit” en “(in)stabiliteit” . In dit artikel heb ik het vooral met je over de mobiliteit van je gewrichten.
Wat bepaalt hypermobiele gewrichten?
De mobiliteit is ook wel de beweeglijkheid van je gewrichten. We spreken dan ook wel over de “Range of Motion” waarin een gewricht kan bewegen. De beweeglijkheid of Range of Motion kan bij een gewricht verminderd (hypomobiel) of vermeerderd (hypermobiel) zijn.
Bij een hypermobiel gewricht zijn de bewegingen op het einde van een gewricht duidelijk vergroot ten opzichte van wat wordt gezien als normaal. Wanneer de vergrootte bewegingsuitslag gepaard gaat met de normale bewegingspatronen in het gewricht hoeft een hypermobiel gewricht echter niet per definitie instabiel te zijn.
Meten van hypermobiele gewrichten!
Aan de hand van de Beighton score kan de mate van hypermobiliteit worden gemeten. Wanneer iemand hypermobiel is in zijn of haar gewrichten kan er ook wel gesproken worden over het hypermobiliteit syndroom (HMS).
Om daadwerkelijk het hypermobiliteit syndroom (HMS) vast te stellen dien je minimaal te voldoen aan de Beigthon score. Scoor je hoog op de onderstaande Beighton score dan is het aan te bevelen om je hypermobiliteit verder te laten onderzoeken.
Hypermobiele gewrichten aan de hand van Beighton score
Bij de Beigton score kan je aan de hand van een 9 punten systeem beoordelen in wat voor mate er sprake is van hypermobiliteit. Een lage score van 1 betekent dat je een geringe mate van hypermobiliteit is en een hoge score van 9 betekent dat er een meer dan gemiddelde hypermobiliteit aanwezig is.
Normaal gesproken worden de onderstaande testen passief uitgevoerd. Dat wil zeggen dat het betreffende gewricht zonder gebruik van de spieren wordt bewogen. Over het algemeen zal een Fysiotherapeut of Arts hiervoor de bewegingen maken, maar aan de hand van onderstaande omschrijving kan je ook zelf een indruk krijgen.
Test 1 voor hypermobiele gewrichten
Leg je pols en hand ontspannen op de tafel. Of houdt je pols in de lucht maar in een neutrale positie. Probeer vervolgens met je andere hand je pink te buigen naar je handrug waarbij je pols in een neutrale positie blijft.
Doe dit zowel voor je rechter als linker pink. Wanneer je pink verder kan buigen dan een hoek van 90 graden scoor je een punt. Je kan dus zowel voor links als rechts een punt scoren.
Test 2 voor hypermobiele gewrichten
Kan je jouw duim tegen de voorkant van je onderarm buigen? Hierbij mag je jouw pols buigen. Probeer dit bij beide duimen.
Wanneer je jouw duim tegen de voorkant of binnenzijde van je arm kan bewegen scoor je een punt. Scoor weer zowel je linker als je rechter kant.
Test 3 voor hypermobiele gewrichten
Kan je jouw elleboog naar achteren doorbuigen? Strek je armen helemaal uit en kij naar de hoek van je elleboog. Bij de meeste mensen zal je arm recht zijn, maar het kan zijn dat je elleboog door kan buigen naar achter.
Als je elleboog voor meer dan 10 graden naar achteren kan buigen scoor je een punt. Scoor weer zowel je linker als rechter arm.
Test 4 voor hypermobiele gewrichten
Kan je jouw knieën naar achteren doorbuigen? Strek je beide benen helemaal waarbij ze in het slot komen te staan. Kijk vervolgens naar de hoek van je knieën. Bij de meeste mensen zijn de knieën recht, maar het kan zijn dat je knieën verder door naar achter kunnen buigen.
Als jouw knieën voor meer dan 10 graden naar achteren kunnen buigen scoor je een punt. Scoor weer zowel je linker als je rechter been.
Test 5 voor hypermobiele gewrichten
Kan je met jouw handen plat op de grond neer leggen met gestrekte knieën? Ga staan waarbij je de knieën helemaal recht houd. Buig vervolgens voorover en beoordeel of jouw handen helemaal plat op de grond kunnen liggen.
Kan je jouw handen plat op de grond neerleggen dan scoor je een punt!
Conclusie hypermobiele gewrichten
De testen volgens Beighton geven je een indicatie hoe mobiel je bent. Scoor je hoog op bovenstaande punten en testen is het verstandig om je mobiliteit verder te laten onderzoeken. Dit kan je doen in overleg met je huisarts.
Het is goed om te bedenken dat een mobiel gewricht niet per definitie een instabiel gewricht is. Het houdt ook wel in dat je dus niet altijd klachten hoeft te hebben wanneer je hyper mobiel bent. Er zijn genoeg andere factoren die je kan beïnvloeden om je beweeglijkheid controleerbaar te maken of houden.
Denk hierbij aan het doen van gerichte oefeningen zoals bijvoorbeeld krachttraining, stabiliteitsoefeningen maar ook het corrigeren van je houding en beweeggedrag. Hoe heb jij gescoord op de bovenstaande testen? En hoe ervaar je eventuele verhoogde beweeglijkheid in het dagelijks leven?
Wil je verbetering?